Over Kamiel Lefévere
Het geval van Kamiel Lefévere verdient nog een bijzondere vermelding. Hoewel hij zijn loopbaan volledig in Amerika voltrok, bleef hij onophoudend aan Mechelen verkleefd. Daarenboven droeg deze Mechelse klokkenist ertoe bij de beiaardkunst merkelijk te laten uitstralen in Amerika, Canada en elders. Zijn hierna volgende brief aan Jef Denyn brengt er een bewijs van.
Juli 8, 1937.
Waarde Meester Denyn,
Besten dank voor Uw hartelijk schrijven van 26 Mei. Het deed me hartelijk goed van U te hooren dat U nogmaals den toren hebt beklommen om onzen Mechelschen beiaard te laten zingen in lof en dank, voor de groote Processie van Hoogweerdig. Ons Mechelsch beiaardspel, onder Uwe meesterlijke handen, den aard van stukken en marchen voor zulke gelegenheden en plechtigheden, het gelui der groote klok Salvator ... is voor mij zulke prachtige en kolossale brok uit het Mechelsch leven, hetwelk nooit ergens anders is gehoord en kan gegeven worden, en hetwelk in mijn geheugen staat geprint met gouden letters; en is dit ook waar U, en den beiaard en St. Romboutstoren een zoogezegde Drijvuldigheid uitmaken en iets heilig vertegenwoordigt voor ons, Mechelaars van den ouden stempel. In den vreemde verzeild, leeft men grootelijksch van herinneringen, en worden die duurbaarder en heiliger met den tijd, en dewelke men voor niets ter wereld zou willen opgeven of verruilen.
Ik had al wel eerder geschreven, doch de maand Juni is nogal redelijk druk geweest. En is dit schrijven eigenlijk met het doel, om U wat te vertellen betreffende het bezoek van onzen Eerste Minister Paul Van Zeeland aan Princeton. Zoo gauw dat ik had vernomen dat Mr. Van Zeeland naar Princeton was uitgenoodigd, om er een Honorary Degree van 'Doctor of Laws' te komen ontvangen, vatte ik het gedacht op, dat hier weer de beiaard z'n deel moest bijbrengen in zulke plechtigheid, bizonder daar Princeton een beiaard en geen beiaardier bezit. Ik richtte dus een schrijven aan den President der Universiteit, hun mijne vrije diensten (zonder honorarium) aanbiedende, daar ik het aanzag als een vaderlandschen plicht en als persoonlijk teeken van hulde en eerbied aan Mr. Van Zeeland, door een of meer beiaarconcerten te komen geven, gedurende den dag der plechtigheid, hetwelk met groot genoegen en gulhartigheid door het gansche bestuur werd aangenomen. Hier zag ik tevens de kans van aan deze plechtigheid een Belgisch karakter te geven door onze nationale beiaardmuziek. Ik vormde dus programs voor twee beiaardconcerten, enkel bestaande uit Belgische en Amerikaansche muziek en werden de feesten van den dag, Juni 22, geopend met een beiaardconcert, van 10 tot 11 u. voormiddag. Daarna, om 11.10 u. vormde zich de Akademische Processie met den President en Mr. Van Zeeland aan het hoofd, alsook de negen andere vooraanstaande personen, dewelke een honorary degree ontvingen, daarachter de gansche fakulteit en de honderden studenten, die hun eind-diploma hadden bekomen. Zulke processie gebeurt enkel binnen de gronden der Universiteit en ging het naar de open 'Campus', waar de uitreiking geschiedde. Na deze grootsche plechtigheid heeft Mr. Van Zeeland eene prachtige feestrede uitgesproken, dewelke met een oorverdoovend gejuich werd beantwoord: Daarna was er een luncheon aangeboden aan de uitgenoodigden, waarna Mr. Van Zeeland verscheidene Belgische ridderorden uitreikte aan vijf der vooraanstaande leeraars der Universiteit, den president inbegrepen. Daarna, van 2.30 tot 3.30 u. had ik het tweede beiaardconcert te spelen, hetwelk grootendeels bestond uit muziek van Benoit, Wambach, Mestdagh, Gretry, alsook onze prachtige oude Waalsche en Vlaamsche volksliederen, dewelke grooten bijval genoten.
Ook was er voor deze gelegenheid in de lokalen der universiteit eene Tentoonstelling van Belgische Kunst ingericht, en daarvoor geleend door het Belgisch goevernement, alsook uit de private kollecties van rijke Amerikanen. Dit alles bestond uit werken der 16·en 17e eeuw, met werken van Memlinc, Van der Weyden, Van der Goes en anderen, prachtig beeldhouwwerk uit het museum van Gent, kunstig kantwerk, eene groote en kunstig-bewerkte koperen grafplaat, te Mechelen gemaakt in 1620, voor eenen abt uit St. Truiden, enz. enz. Deze drukbezochte tentoonstelling werd dus ook den ganschen dag overstroomd van volk, en was het voorwaar een echte Belgische dag in karakter en uitzicht, en waaraan onze goede oude beiaardmuziek z'n bizonder deel heeft bijgebracht. En had ik groote voldoening van mijn werk in initiatief en uitvoering.
Ter gelegenheid der kroning van het Engelsch vorstenpaar had ik ook een bizonder Engelsch program gespeeld hier te New York, met de 'Coronation Mareh' van Meyerbeer als inzetstuk, en enkele weken later ontving ik een prachtige brief van dank vanwege Queen Mary van England, moeder van den Koning. En maakt dit den tweeden koninklijken brief voor dit jaar, voor het spelen van bizondere concerten. De eerste brief kwam van Koningin Wilhelmina uit Holland, wegens het spelen van een bizonder concert, bestaande uit Hollandsche en Duitsche muziek, ter gelegenheid van het huwelijk van Prinses Juliana met Prins Bernhard zu Lippe-Biesterfeld uit Duitschland. Zulke gevallen doen hier natuurlijk de populariteit van den beiaard als volksinstrument geweldig toenemen. En maken deze brieven eene prachtige aanwinst voor mijn album. Van Mr. Rice heb ik sinds de laatste weken niets meer vernomen, doch ik ga hem een der volgende dagen schrijven, daar ik hem een klein verslag over Princeton schuldig ben, en koester ik de hoop van tevens iets te mogen vernemen betreffende de beloofde bijdrage van de Beiaardschool voor dit jaar. […]
14 juli 1939
"[...] Doch ... persoonlijk ben ik tegen een Wedstrijd tusschen Beiaardiers, waar een eerste, tweede, vijfde, zestiende en dertigste prijs en plaats wordt gegeven, hetwelk oneenigheid en jaloersheid teweeg brengt. Het is ons aller plicht van nauwere vriendschaps-betrekkingen en samenwerking te brengen tusschen alle beiaardiers en ze op gelijken voet te behandelen. Elke beiaardier moet toren-hoog staan in eigen stad in waarde als beiaardier, voor het goede der kunst. De beiaarden in het algemeen verschillen te veel, niet alleenlijk in het aantal klokken, doch in bouw, in gemak van spelen, enz., alsook hebben alle beiaardiers niet hetzelfde voordeel gehad van b.v. de Beiaardschool te hebben kunnen volgen, of zich totaal te hebben kunnen ontwikkelen op hun eigen, en dikwijls, beperkte beiaard. Met eene deelname van, b.v. 30 beiaardiers, zijn er niet enkel ten minste twintig ontgoochelden bij, door hunne 10e, 20e of 30e plaats, doch zoo zijn er ook TWINTIG ONTGOOCHELDE STEDEN bij, en waar hunnen beiaardier bij zijne terugkomst van den wedstrijd ofwel van zijn "prestige" verliest, ofwel den wedstrijd en jury afkeurt als partijdig of wat ook. Zelfs een wedstrijd tusschen "oud-leerlingen" der School zou niet rechtvaardig zijn, daar ze niet allen hetzelfde geluk hebben gehad in het bekomen eener plaats en volle beiaard. Wat ik natuurlijk ten volle goedkeur is een Wedstrijd in Compositie voor Beiaard, daar het de kunst bevoordeeligt en ontwikkelt. Elkeen kan schrijven naarmate zijn eigen beiaard en aantal klokken, en kunnen zulke composities geklasseerd worden volgens beiaarden is er kort en hoogst noodig.
En de talrijke bespelingen door verschillende beiaardiers op een kongres, zonder wedstrijd, zal natuurlijk wel ten volle het voordeel en noodzakelijkheid der Beiaardschool doen uitschijnen, ten goede de Beiaardkunst, en het hoogstnoodig doen blijken dat de Beiaardschool moet blijven bestaan. In plaats van een diploma of getuigschrift te geven van eerste, tiende of laatste plaats in een wedstrijd, die allen, op twee na zorgvuldig worden verborgen, zou integendeel een prachtig-gedrukt bewijsschrift van deelneming (zonder plaats of nummer) zorgvuldig worden ingelijst en openbaar bewaard, ten goede van de kunst."
Godenne, W. & Joosen, H. (ed.): Jubileumboek, 1922-1972, Koninklijke Beiaardschool “Jef Denyn” te Mechelen, Mechelen, 1973, p. 39-41; 156-157.