Ga verder naar de inhoud

De in Nederland geboren hoboïst en componist Frédéric Bonzon was dirigent van het muziekkorps van de Chasseurs-Éclaireurs d’Anvers (het in Antwerpen gelegerde bataljon Jagers-verkenners van de Burgerwacht). Ter gelegenheid van het eeuwfeest van dat korps componeerde hij op tekst van Constant Stoffels de Marche du cinquantenaire composée à l’occasion du cinquantième anniversaire de la fondation du corps de chasseurs éclaireurs d’Anvers (gepubliceerd in 1910). Op 21 april 1875 werd Bonzon benoemd tot leraar hobo, Engelse hoorn en oboe d’amore aan de ‘Antwerpse Vlaamse Muziekschool’ van Peter Benoit (vanaf 1897 Koninklijk Vlaams Conservatorium). In 1920 ging hij met pensioen en werd hij als hoboleraar opgevolgd door Edgar Van Bever.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog verbleef Bonzon, zoals ook conservatoriumdirecteur Emile Wambach en nog ongeveer 250.000 Belgen, als oorlogsvluchtelingen in Groot-Brittannië. Samen met andere Belgische vluchtelingen bracht hij de oorlog door in Tunbridge Wells, waar ze werden opgevangen door het Tunbridge Wells Belgian Refugees Committee. Binnen dat comité waren onder meer de suffragette en schrijfster Amelia Scott en haar zus Louise actief. Dat blijkt ook uit een album dat de Belgische kolonie aanbood aan de zussen Scott (1914 – 1915 – 1916 – Mesdemoiselles Scott Souvenir de Reconnaissance de la Colonie Belge de Tunbridge Wells; bewaard in de Amelia Scott Collection in The Women’s Library, Londen). Elke pagina in deze bundel bevat een tekening, getuigenis of een ander aandenken, zoals gedichten die de lof van Groot-Brittannië zingen (‘Hommage à la Grande Bretagne!’).

Het is in dit album dat Bonzon ter ere van de zusters Scott een aantal maten uit zijn compositie En Ardennes noteerde, met daarbij de vermelding: ‘Hommage respectueux de l’auteur à Mesdemoiselles Scott / Tunbridge Wells, le 22 Juillet 1916 / 66 Avenue de la Chapelle Anvers.’ Deze ‘scène pastorale’ voor hobo en piano was al in 1890 gepubliceerd door Schott in Brussel, maar Bonzon heeft nadien toch wel ingrijpende wijzigingen aangebracht. Die veranderingen bracht hij aan op een partituur die hij schonk aan de Antwerpse Conservatoriumbibliotheek, met de vermelding ‘exemplaire revu et corrigé par l’auteur’. Deze latere versie is ingekort en is ook minder virtuoos. Opvallende wijzigingen zijn het weglaten van de opstijgende figuur naar de forte geblazen b” bij de inzet van de hobo, het schrappen van trillers in de overgang naar het Andante con moto en de ingekorte finale. De maten die hij neerpende in het album voor de gezusters Scott laten zien dat hij die wijzingen toen al had aangebracht.

Dewilde, J.: [Nederlandse inleiding bij Höflich-cataloognummer 2550, 2017].