De Groote, Hilda
Biografie
Jan Dewilde
Hilda De Groote werd al op haar vijftiende ontdekt door tenor Karel Locufier die haar ook les zou geven. Toen Locufier in 1961 directeur werd van de Koninklijke Opera van Gent zou hij haar meteen laten debuteren als Olympia in Les contes d’Hoffmann, het begin van een grote carrière. Na successen in Gent en Luik, werd ze in 1966, nauwelijks 21 jaar, door de Wiener Staatsoper geëngageerd. In haar eerste jaar debuteerde ze meteen met kleine rollen als Barbarina in Le nozze di Figaro, Jano in Jenůfa, Yniold in Pelléas et Mélisande, Esmeralda in Die verkaufte Braut, en Siébel in Faust. Al vlug bouwde ze met haar soepele lyrische coloratuursopraan een breed repertoire uit van Mozart tot Richard Strauss, maar ze zong evenzeer Monteverdi als Schönberg.
Haar repertoire omvatte meer dan honderd rollen, maar haar glansrol was Sophie in Der Rosenkavalier, een opera die ze veel heeft gezongen, ook onder grote dirigenten als Josef Krips en Carlos Kleiber. Verder werkte ze met dirigenten als André Cluytens, Karl Böhm, Wolfgang Sawallisch, Georges Prêtre en Leonard Bernstein.
Ze maakte ook graag uitstapjes naar de operette en was actief als concert- en liedzangeres (o.a. met Erik Werba als pianist).
Naast de Wiener Staatsoper was De Groote ook een tijd lang verbonden aan de Bayerische Staatsoper in München en gasteerde ze onder meer in de Volksoper Wien, Deutsche Oper Berlin, de Berliner Staatsoper, het Bolshoi Theater in Moskou en in de operahuizen van Keulen, Wiesbaden, Stuttgart, Londen, Montréal, Tokio en Osaka. Ook was ze een graag geziene gast op internationale festivals. Sporadisch trad ze ook in haar geboortestad op, zo zong ze in 1982 Ännchen in Der Freischütz, een rol die ze toen ook in Antwerpen vertolkte.
De Groote was ook actief als ‘Gesangspedagogin’ aan het Weens Conservatorium en werd vaak gevraagd als jurylid bij zangconcoursen, zoals de Koningin Elisabethwedstrijd.
In 1986 ontving ze de eremedaille van de stad Gent en later werd ze benoemd tot Ridder in de Leopoldsorde. In 2010 nam ze definitief afscheid van het podium. Helaas zijn weinig opnamen van haar in de handel beschikbaar.
Hilda De Groote was getrouwd met Reinhold Sigel, cellist bij de Wiener Philharmoniker, met wie ze twee kinderen had.