Ga verder naar de inhoud

Geboren te Oosterhout (Nederland), 1891. Studies aan het Koninklijk Vlaams Muziekconservatorium te Antwerpen. Talrijke tournees als klaviervirtuoos. Leraar klavier en later contrapunt en fuga aan hetzelfde conservatorium.

'Hoewel ik alle hedendaagse wijzen van componeren heb onderzocht en bestudeerd, heb ik er mij toch nooit lichtzinnig door laten beïnvloeden. Eerder heb ik, ondanks alles, geprobeerd mij er zo afzijdig mogelijk van te houden en mijn eigen opvattingen zo veel mogelijk getrouw te blijven. Hierbij heb ik me steeds voor ogen gehouden, dat slechts J. S. Bach het lichtbaken is dat boven de gehele rest uitstraalt.'

Het doet wel vreemd aan, zoiets te horen zeggen door iemand die een internationale prijs behaalde met zijn dodecafonische Prelude en quadruppelfuga voor orgel. Toch is het Marinus de Jong volkomen ernst wanneer hij zegt dat hij elke 'cultus van dissonantie' als uit den boze beschouwt. In zijn oeuvre primeert het constructieve en tonale element, dat op een duidelijke wijze evolueert tot wat hij noemt 'het contrapuntisch horizontaal uitbouwen en cultiveren van de drieklank.'

Deze componeerwijze vindt haar hoogtepunt in het oratorium Imitatio Christi dat, samen met Hiawatha's lied en het Vioolconcert, tot zijn belangrijkste werken behoort. Wanneer het eerste waar is dat, zoals de Jong meent, de muziek in allereerste instantie een eufonische inwerking heeft, waarvan slechts 'genietbare' klanken worden aanvaard dan geldt zijn muziek als een overtuigend bewijs voor een dergelijke zienswijze.

Belangrijke werken.
1. Orkestraal: Symfonie; Symfonische gedichten; Vlaamse rapsodie; piano-, cello- en trompetconcerten.
2. Vokaal: Kerkhofblommen; Proverbia Breugeliana; Hiawatha's lied; Imitatio Christi.
3. Opera: Mitsanoboe.

CeBeDeM: Marinus de Jong, in: Muziek in België, Brussel, 1967, p. 32b, 59-60.