SYMPOSIUM: Het Requiem van Peter Benoit: 'Poëma van de dood en van het toekomstig leven'

Zaterdag 20 juni 2015, 14.00 – 18.00 u.
Antwerpen, Historische raadzaal van het Bernarduscentrum

Deze studienamiddag wordt georganiseerd ter inleiding op de uitvoering, ’s avonds om 20 u., van het Requiem van Peter Benoit in de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal te Antwerpen.

Programma:

• Luk Lemmens, Verwelkoming
  (Eerste gedeputeerde Provincie Antwerpen)
• Jan Dewilde, Inleiding
  (Coördinator Studiecentrum voor Vlaamse Muziek & Bibliothecaris Koninklijk Conservatorium Antwerpen)
• Richard Bot, ‘Requiem aeternam dona eis…’ Het Requiem in de 19de eeuw belicht vanuit liturgisch en kerkmuzikaal perspectief
  (Docent gregoriaans & katholieke kerkmuziek, Conservatorium van Amsterdam & Voorzitter van de Nederlandse Sint-Gregoriusvereniging)
• Jan Dewilde, Peter Benoit en de ‘kerkelijke toonkunst’
• Hannah Aelvoet, Benoit online 0.1. Voorstelling van de digitale oeuvrecatalogus van Peter Benoit
  (Projectmedewerker bibliotheek Koninklijk Conservatorium Antwerpen & Studiecentrum voor Vlaamse Muziek)

  Koffiepauze

• Joris Grouwels (bariton), Pauline Lebbe (sopraan) en Anna An (harmonium), Bloemlezing uit Benoits religieuze muziek
• Edo de Waart, Videogetuigenis over Peter Benoits Requiem
  (Chef-dirigent van deFilharmonie)
• Hugo Sledsens, Het Requiem van Peter Benoit: verrezen uit de doden
  (Vandaag VRT-klankarchivaris)

  Receptie

Deze studienamiddag wordt georganiseerd door het Studiecentrum voor Vlaamse Muziek en Labo XIX&XX (een onderzoeksgroep binnen het Koninklijk Conservatorium Antwerpen), in samenwerking met deFilharmonie en de Provincie Antwerpen.

Deelname is gratis, maar reserveren is noodzakelijk via svm@ap.be (vóór 15 juni).

Informatie over de bereikbaarheid van het Bernarduscentrum kan u hier terugvinden. Het Bernarduscentrum ligt op enkele minuten wandelen van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal, waar om 20 u. het Requiem van Benoit wordt uitgevoerd, door het Chœur de Chambre de Namur, het Octopus Symfonisch Koor en deFilharmonie o.l.v. Edo de Waart.

Reservatie concert

Benoits Requiem werd op 23 september 1863 in de Kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele in Brussel gecreëerd. De kritieken waren zeer lovend, ook in de buitenlandse bladen (die soms recensies uit Belgische kranten overnamen). Hier een staalkaart:

The Musical World, vol. 41/40 (October 3, 1863): 637.

BRUSSELS.– On Wednesday, the 23rd inst., at the funeral service
celebrated in the Cathedral of St. Gudule, in memory of those persons
who died for the national independence of Belgium, in 1830, the fourth
part of M. Pierre Benoît’s Quadrilogie religieuse was performed. We
have already recorded the great success of the first three parts, and the
marked progress evident between each of them. The “Requiem” we
heard on Wednesday completes in the most happy manner the Quadrilogie,
and the effect was greater than that of any of M. Benoit’s previous
compositions. We will not attempt, after a single hearing, to analyse
all the numerous details of this masterly production. We will merely
state that it is distinguished for the grace and elevation of its melodic
ideas, the richness of the instrumentation, the truly religious breadth
of its style, and a certain harmonic audacity, possessing the best possible
justification–success. The pieces which produced the deepest impression
were the “Dies lrae” and the “Agnus Dei.” Their greatest
merit in our opinion is, not to speak of the melodic and instrumental
excellence they reveal, their essentially religious character, and the
feeling of profound sadness they leave upon the mind. What greater
praise can be awarded to a funeral service? We learn with pleasure
that M. Benoît is getting up a grand concert at which the most striking
pieces in his Quadrilogie will be performed. This concert will take
place about the end of October, and similar ones will be organised in
the principal towns of Belgium. M. Benoît has, moreover, conceived
the idea of a grand theatrical work, or dramatic trilogy, in three
operas, to be entitled respectively, Ambiorix. Thierry d’Alsace, and
Guillaume le Taciturne. The reader will perceive that M. Benoît has
chosen three grand figures in our history, personifying three grand
epochs: that of the struggle of our ancestors against the domination of
the Romans, that of the enfranchisement of the “Communes.” and,
lastly, that of the resistance of the United Provinces to the religious
despotism of Philip II.– L'Etoile Belge.

La Revue et Gazette musicale de Paris, vol. 30 (41) (11 octobre 1863): 327.

Bruxelles. – Rien de nouveau au théâtre de la Monnaie. –
L'administration communale a organisé un concert pour entendre la cantate
composée par Gevaert pour les fêtes de Gand. C'est une oeuvre d'inspiration
fort bien appropriée au sujet et qui a produit un grand effet.
Elle a été également exécutée dimanche au théâtre de la Monnaie, par
la Société royale des choeurs de Gand, composée de cinq cents chanteurs
(trois cents hommes et deux cents enfants). - L'Echo du parlement,
l’Office de publicité, etc., sont unanimes pour proclamer la valeur
exceptionnelle du Requiem que vient de composer et de faire entendre
M. Pierre Benoît. C’est, disent-ils, une véritable révélation et la composition
la plus inspirée qui ait été produite dans la musique religieuse de
notre pays. Le Dies irae est une page colossale qui suffirait à elle seule
pour placer son auteur au premier rang. –

Neue Berliner Musikzeitung, vol. 17 (41) (7 October 1863): 326.

Das Requiem von Benoit ist zur Aufführung gelangt.
Wie bekannt, ist dasselbe zum Andenken der Kämpfer, die 1830
für die Unabhängigkeit Belgiens gefallen sind, geschrieben. Man
möchte sagen, dass diese wahre, ernste, religiöse Musik nicht aus
dem Gehirne, sondern aus dem Herzen des Tonsetzers kommt,
der den reinsten Ausdruck seiner Gefühle gefunden hat. Die
Ausführung unter Leitung des Hrn. Fischer war eine genügende.